
Aki
De Aki vrucht is een breed-peervormige, stomp driekantige, tot 13 cm lange doosvrucht. De rijp felrode of gele, bij gesloten vruchten gladde, glanzende, leerachtige schil splijt volrijp driekleppig open. De doosvrucht heeft drie kamers met drie glanzende, zwarte zaden en drie vlezige, bleekgele zaadmantels, die tevoorschijn komen als de vrucht zich opent.
Gebruik in de keuken
De zaden en onrijpe zaadmantels zijn giftig (hypoglycine) en kunnen dodelijk zijn. Alleen volrijpe, van schil en zaad ontdane zaadmantels zijn eetbaar en pas nadat de vrucht vanzelf is opengespleten. Ze hebben een nootachtige smaak. De zaadmantels zijn rauw eetbaar, maar ze worden meestal kort in melk of water gekookt om ze daarna in boter of olie te bakken en ze als kruidig ingrediënt in vis- en vleesgerechten, soepen en sauzen te gebruiken.
Houdbaarheid en bewaren
Geen info
Periode
De aki komt oorspronkelijk uit tropisch West-Afrika en is daar een populair gewas. De plant werd naar Jamaica gebracht om als voedsel voor de slaven te dienen. Men kweekt de plant veel in het Caribisch gebied en op Jamaica is het de nationale vrucht. In het vasteland van Zuid-Amerika en in Azië ziet men de plant minder vaak.
Gerechten met Aki